Inhoudsopgave
In Maastricht ontstond afgelopen week veel commotie over het openbaar maken van de namen van 'foute' Nederlanders. In deze opinie betogen Erik van Rijsselt en Fred Cammaert dat deze lijst, waarop ook veel Maastrichtse namen staan, nooit op deze manier gepubliceerd had mogen worden.
“Voorop gesteld moet worden dat de index die nu online staat nadrukkelijk géén collaboratielijst is.” aldus de toevoeging van 6 januari 2025 door het Nationaal Archief (NA) in antwoord op klachten in de media over fouten in de kort tevoren gepubliceerde namenlijst van het Centraal Archief voor de Bijzondere Rechtspleging (CABR). De waarschuwing komt niet alleen als mosterd na de maaltijd, ook gaat de mededeling voorbij aan de vraag of de inhoud van een stel samengevoegde cartotheken zonder verificatie gepubliceerd had mogen worden. De kaartenbakken waren onmisbaar om een archief van bijna een half miljoen dossiers toegankelijk te maken. Ze waren bestemd voor intern gebruik door archiefmedewerkers, niet voor het grote publiek. Fouten werden niet hersteld; de kennis ontbrak en niemand die zich erom bekommerde, toen niet en nu niet.
Afrekening
De Bijzondere Rechtspleging was ingesteld om het risico op een bijltjesdag in de kiem te smoren. De samenleving eiste een snelle afrekening met het kwaad uit de voorbije jaren. De juridische neerslag ervan belandde in het CABR, een archief met een uiterst gevoelige inhoud en van sterk wisselende kwaliteit, het staat bekend als het archief van ‘fout’ Nederland op individueel niveau. Dat er ook duizenden fiches met persoonsnamen in de kaartenbakken zitten die er niet thuishoren, variërend van in kampen omgekomen Joden, verzetsdeelnemers, verklaringen van niet aangeklaagde personen of slachtoffers van valse aangiftes en wraak, viel het handjevol archiefmedewerkers vermoedelijk niet eens op. Het ging immers om een afgeschermd, aan het oog van het publiek onttrokken archief dat uitsluitend beargumenteerd geraadpleegd kon worden. Verzoeken voor inzage werden slechts in behandeling worden genomen als de volledige naam, geboorteplaats en geboortedatum van de te onderzoeken persoon in de aanvraag vermeld stond.
Valkuilen
Nadat bekend werd dat het Nationaal Archief voornemens was de index en de daaraan gekoppelde persoonsdossiers online te zetten, werd door kenners van het CABR onder meer gewaarschuwd voor fouten, onjuistheden, ontbrekende of verdwenen stukken en voor valse verklaringen en aangiftes. Er zaten allerlei valkuilen in de dossiers en fouten in de namenlijst. Hoewel zwaarwegend, vormden de argumenten geen beletsel voor de initiatiefnemers om hun plannen door te zetten. Ondanks het besluit van minister Bruins om te wachten met openbaarmaking, ging het Nationaal Archief ertoe over de namenlijst alvast online te zetten. Onverantwoord en een overheidsinstelling onwaardig, want daarmee werden duizenden onschuldigen (opnieuw?) voor de bus gegooid en werden nog veel meer belangstellenden en belanghebbenden met serieuze vragen opgezadeld omdat niet bekend is wat er met de persoon in kwestie aan de hand zou zijn geweest. Wie momenteel een dossier wil inzien, is gehouden aan de oude regeling.
Middenstandsbank
In hoeverre is de gemankeerde namenindex serieus te nemen? Een steekproef waarbij ‘Maastricht’ als zoekterm werd ingevoerd, leverde bijvoorbeeld een Joodse inwoner op van wie bekend is dat hij familieleden in Duitse vernietigingskampen verloor en dat hun volledige bezit werd geroofd. Ook de leider van de Belastinggroep Maastricht, een verzetsgroep die verzetsactiviteiten ontplooide in de regio, staat op de lijst. Hetzelfde geldt voor de directeur van de toenmalige Middenstandsbank aan het Vrijthof, die met hulp van zijn procuratiehouder verzet in de provincie met forse geldbedragen steunde. Vreemd genoeg ontbreekt echter de naam Gonnie Zeguers-Boere, de nicht van de onverbeterlijke nazi en Silbertanne-moordenaar Heinrich Boere. Haar verraad leidde tot de dood van een groot aantal Maastrichtse verzetsmensen. Ook de gevreesde en nooit veroordeelde oorlogsmisdadiger en moordenaar Cor Klonen uit Heerlen staat niet op de lijst.
Geen Nader Onderzoek
Vaststaat dat slechts een beperkt aantal CABR-dossiers uiteindelijk leidde tot een veroordeling. Veel, zo niet de meeste bevatten een paar nietszeggende velletjes papier, een aangifte of getuigenverklaring met het stempel GNO (Geen Nader Onderzoek) waaraan geen gevolg is gegeven. Het is daarom raadzaam vooraf een bezoek te brengen aan het Historisch Centrum Limburg in Maastricht. Daar wordt het schaduwarchief van de plaatselijke Politieke Recherche (PRA) en de Politieke Opsporingsdienst (POD) bewaard: het fundament van de meeste CABR-dossiers. Het zou zomaar een reis naar de volgeboekte studiezaal van het Nationaal Archief kunnen schelen.
Wraak
Tegen openbaarmaking bestaat uiteraard geen bezwaar, maar die moet vergezeld gaan van een uitvoerige toelichting of gebruiksaanwijzing waarin onder meer wordt gewezen op gebreken, valkuilen en onvolledigheid van zowel de index als de dossiers. Met het oog op de tekortschietende kwaliteit van veel dossiers is het bovendien van belang kennis te nemen van de omstandigheden waaronder en het tijdsgewricht waarin het archief tot stand is gekomen. Het was een tijd van afrekening, wraak en rekeningen vereffenen. Bovendien kampten politie en justitie met een groot personeelstekort omdat veel ervaren krachten op non-actief waren gesteld vanwege de zuiveringen. De tekorten werden voor een deel aangevuld met onervaren hulpkrachten en (partijdige) amateurs uit verzetskring wat de kwaliteit en objectiviteit van het recherchewerk niet bevorderde. Soms was sprake van klassenjustitie en liepen onderzoeken om onverklaarbare wijze dood. Ook verdwenen documenten uit de dossiers. Door de overstelpende hoeveelheid aanklachten en omdat er zo kort na de oorlog nog veel onbekend was, bleven talloze vragen onbeantwoord en werd onvoldoende door gerechercheerd waar dat nodig was. De gebruiker is gewaarschuwd!
Erik van Rijsselt en Fred Cammaert