Inhoudsopgave
Burgemeester Wim Hillenaar zegt dat hij niks meer kon doen aan de demonstranten die een lezing van Rawan Osman aan de universiteit verstoorden, omdat de demonstranten niet zoals voorgeschreven 48 uur van tevoren hadden ingelicht.
Dat is het antwoord op vragen van diverse raadsfracties, die onder meer wilden weten waarom Hillenaar geen gebruik heeft gemaakt van zijn bevoegdheden om de demonstratie te stoppen, in plaats van de universiteit de lezing te laten beëindigen. De demonstranten stuurden op 12 maart 's middags een mail naar de gemeente van de demonstratie later op die avond.
Hillenaar: "Voor deze demonstratie is niet binnen de in de Algemene Plaatselijke Verordening van Maastricht (APV) daartoe gestelde termijn van 48 uur een kennisgeving bij de gemeente gedaan, waardoor het gewenste contact met de organisatoren om nadere afspraken te maken niet heeft kunnen plaatsvinden. Op 12 maart in de middag is de gemeente per e-mail door een demonstrant geïnformeerd over een aanstaande demonstratie bij Tapijn tijdens de lezing."
De gemeente stuurde wel een ambtenaar die namens Hillenaar de demonstranten de aanwijzing gaf niet meer op de ramen te bonken. Daar trokken de demonstranten zich niets van aan. Gevreesd werd dat de ramen kapot geslagen zouden worden.
Hillenaar heeft ook geen gebruik gemaakt van zijn bevoegdheden uit de Wet Openbare Manifestaties om de demonstratie te stoppen. Hillenaar: "Ik heb geen
opdracht gegeven de demonstratie te beëindigen omdat er niet zo snel politie kon worden ingezet om dit ook daadwerkelijk af te dwingen."
Op de vraag: "Bent u het met ons eens dat de ruimte voor demonstraties beperkt moet worden wanneer deze de normale werking van evenementen in gevaar brengen?", volgt een ontwijkend antwoord. Hillenaar: "Uiteraard sta ik als burgemeester pal voor de vrijheid van meningsuiting. Maar ook voor het grondrecht om te demonstreren, dat ik zoveel mogelijk moet faciliteren."

